Beste vrienden volgers,
Vandaag gaan we de Japanse Alpen in om te gaan wandelen. Het is een mooi en populair berggebied. Je zult erg geen Matterhorns tegenkomen, maar 's winters ligt er wel sneeuw.
We arriveren per bus in het dorpje Tsumago. Het is een stukje 'lost Japan', met traditionele Japanse houten huisjes. De commercie is hier natuurlijk ook wel neergestreken in de vorm van ritsen souvenierwinkels, maar het is nog geen Volendam. Wel erg pittoresk.
We logeren in een oude herberg even buiten het dorp, de Koshinzuka Inn. In oude tijden werden die gebruikt door reizigers die door de streek trokken, ofwel voor zaken, dan wel als ambtenaar in dienst van de Shogun.
Binnen in een traditioneel huis is de vloer bedekt met Tatamimatten, gevlochten riet. Je moet je schoenen uit doen bij de deur, anders trap je de matten stuk. De deuren en wanden zijn gemaakt van een licht houten raamwerk waar wit papier overheen is geplakt. Je kan ze heen en weer schuiven over een simpele houten rail. Zitten doe je op een kussen aan een lage salontafel, wat na een half uur wel wat ongemakkelijk wordt. Dan schuif je de deur naar de veranda open en kijkt wat naar de kleine Zen-tuin, met een vijver die gevoed wordt door een kabbelend stroompje een paar meter erderop.
Tot onze - en hopelijk ook jullie - verrassing is er echer wel Wifi, dus kunnen wij kond doen van deze wederwaardigheden.
Om half zes wordt het donker en doet de waardin de luiken voor de veranda. Wellicht goed voor de isolatie, want het wordt fris als de zon weg is. Binnen hoor je nog steeds het gekabbel van het beekje. Geen bad met gouden kranen voor ons vandaag, de badkamer is gemeenschappelijk voor alle gasten. Voor toiletbezoek is de te volgen procedure: wand wegschuiven, verandaslippers aan, naar de vookamer van de wc, wc-slippers aan, wc gebruiken (inclusief b-douche), wc-slippers uit, veranda-slippers aan, de goeie wand weer openschuiven, verandaslippers uit en weer je knusse vertrek in.
Het avondmaal wordt voor alle gasten om half zeven geserveerd. We zitten met twee Fransen, een Braziliaanse en een Zwitser aan de lage tafeltjes en het eten is erg lekker. Veel kommetje en potjes, een gebakken visje en kastanjes in een zoet deegje en dan geroosterd, en sake. De waard maakt het vuur aan in de zandbak in het midden van de kamer, en zingt een stukje. Zijn Engels is beter dan ons Japans, maar niet veel beter. Maar het is gezellig.
De vis boven de ketel symboliseert het water, en bezweert het brandgevaar in een houten huis. Na het eten worden de slaapmatten uitgerold en kunnen we heerlijk pitten. En de beek ruist op de achtergrond.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten